In zijn kersttoespraak heeft ons staatshoofd impliciet erkend dat Joden in ons land niet veilig zijn en dat de belangrijkste oorzaak daarvoor de islam is. Hij sprak namelijk in het bijzonder beide bevolkingsgroepen in hetzelfde thema toe en deed dat op een intelligente manier.

In Amsterdam vertelden leerlingen van de Joodse school Maimonides hoe het is om les te krijgen op een plek die met hekken is beveiligd. Hoe ze zich op straat en in de tram maar liever gedeisd houden. Jezelf zijn en gewoon vreedzaam laten zien wie je bent. Het zou voor iedereen vanzelfsprekend moeten zijn in Nederland. Maar dat is het niet”.

In Vlaardingen spraken mijn vrouw en ik met een groep Palestijnse Nederlanders. Zestig jaar geleden kwamen de eersten van hen naar ons land om te werken in een margarinefabriek. Zij bouwden hier hun leven op, samen met hun kinderen en kleinkinderen. Ze vertelden ons over hun angst om het lot van familieleden in hun land van herkomst. Over hun onmacht en wanhoop”.

[…]

Tegen Joodse Nederlanders die me vertellen dat ze twijfelen aan hun toekomst hier zeg ik: blijf! Wij horen samen”, zei de koning. “Tegen Nederlandse moslims zeg ik: dit is ook uw land; dit is ook jouw land”.

Een goed verstaander is geen verdere toelichting nodig: onze vorst heeft scherp gezien dat het jaar 2024 werd getekend door een verder afglijden van ons land en onze cultuur tot een overbevolkte, tribale staat waar eenheid ver is te zoeken. Weliswaar wordt in de MSM benadrukt dat Koning Willem Alexander dat zijn kersttoespraak de enige van alle toespraken is die hij zelf schrijft, maar dat hieraan meerdere schrijvers en juristen te pas komen is evident en ook wijs. De toespraak lijkt in het bijzonder te zijn geschreven als een reactie op de antisemitische geweldsuitbarstingen bij zowel de opening van het Holocaustmuseum als de 7 oktober-herdenking en het bezoek van Israëlische voetbalfans. Sprak Zijne Majesteit aanvankelijk nog over ‘Palestijnen’: al spoedig wijzigt hij dat tot ‘Nederlandse moslims’.

Waar de Koning enerzijds wijst op de Joodse kinderen van de Amsterdamse Maimonides school die (evenals hun ouders) niet langer gewoon Joods kunnen zijn, wijst hij bijna priemend naar ‘Palestijnse Nederlanders’ die ‘zonder noemenswaardige problemen’ hun leven opbouwden, “samen met hun kinderen en kleinkinderen”. De kinderen en kleinkinderen dus, die ongehinderd door hun ouders en grootouders tot driemaal toe op Jodenjacht gingen in nota bene Amsterdam. De stad waar gedurende WO-2 tienduizenden Joden met enige gretigheid voor een tientje per stuk aan de Duitse bezetter werden uitgeleverd. Judas moet een rasechte Amsterdammer zijn geweest naar ‘Germaansche schnitt’ in de Bataafse variant.

Waar onze Koning de Joodse bevolkingsgroep nadrukkelijk opriep: “blijf!”, wees hij de moslims er buitengewoon fijntjes op dat zij onderdaan zijn van het Nederlandse Koninkrijk blijkens dat andere paspoort: “dit is ook uw land; dit is ook jouw land”, maar niet dat ook zij moeten blijven. Dat de Koning dat niet verder toe hoeft te lichten met woorden als ‘verantwoordelijkheid’ en ‘voldoen aan de normen en waarden van Nederland en anders flikker je maar op’ is vrij logisch. Het is te hopen dat de woorden van onze Koning ook doordringen in het bestuur van de stad Amsterdam en als ik daar burgemeester was, zou ik mij toch wel achter de oren krabben gelet op de vele escapades rond haar en haar GroenLinks-club.

Ook andere bestuurders en politici zullen vanaf nu terdege rekening moeten houden met de feitelijk verstrekkende uitspraken vanuit het Koninklijk Huis. Als geen anderen immers, zijn zij in staat de woorden van onze Koning op de precieze merites te beoordelen en zullen moeten erkennen dat ons vorstenhuis duidelijk stelling heeft genomen. Het is volstrekt uitgesloten dat deze uitspraken lichtzinnig of zonder overleg met de overige leden van onze regering tot stand zijn gekomen.

Het Nederlandse paspoort is geen document wat uitgegeven wordt bij de aanschaf van b.v. een pot pindakaas, maar brengt nadrukkelijk verplichtingen met zich mee. Op die verplichtingen is veel te weinig gehandhaafd, mede door invloed van de burgemeesters van onze grote steden die nog dromen van agenten met hoofdoekjes en ‘handhavers’ in boerka of zichzelf ook “een beetje een salafist” wanen.

Zeg ik niet: dat zegt onze Koning. Ik ben het er roerend mee eens.

—————————-

Ton Nijhof. Foto: Sjef Prins / APA

Ton Nijhof (1956) is zelfstandig dwarsdenker, politiek voslagen incorrect en auteur van o.m. ‘De Afrekening – Kroniek van een getergd volk‘ en redacteur van ‘Tegen de Tribalisering – De terugkeer van de stammencultuur in de moderne wereld‘. Komend najaar verschijnt het boek ‘Platte Präöties: genöl van vrögger‘ over leven en (Nedersaksische) taal in de IJsselvallei. Daarnaast publiceert hij regelmatig op diverse websites, in het bijzonder op DeNieuweZuil, NieuwRechts en Sta-Pal / OSL-StaVast.

Steun de Nieuwe Zuil via BackMe, en blijf bijdragen zoals deze mogelijk maken! De Nieuwe Zuil is een platform voor iedereen die realisme wil verspreiden!

Delen via


Lees ook

Discussieer mee!

Hier kan je reageren op onze artikelen en een inhoudelijke bijdrage leveren. Lees ook even onze huisregels.

Om te reageren dien je eerst aan te melden.

Reageer je voor de eerste keer? Registreer je dan hier.

Geef een antwoord

Login hier in met je gebruikersnaam en het wachtwoord dat je per e-mail ontvangen hebt.

Maak hier een gebruikersnaam aan. Na verzenden ontvang je een e-mail met je wachtwoord waarna je meteen kunt inloggen en reageren.

Nieuwe gebruiker
*Verplicht veld
Nieuwe gebruiker
*Verplicht veld